Jaarlijks ruim 1.000 nieuwe gevallen van aangeboren hartafwijkingen

In de periode 2013-2017 kwamen naar schatting jaarlijks gemiddeld 1.030 nieuwe gevallen van aangeboren afwijkingen van het hartvaatstelsel voor bij pasgeborenen. Dat is 60 per 10.000 levendgeborenen. Daarvan worden er 330 als ernstig aangeduid. Een deel van deze afwijkingen komt voor bij kinderen met een andere aangeboren afwijking. Zo heeft 40% van de kinderen met downsyndroom Downsyndroom (trisomie 21) is een aangeboren aandoening. Iemand met downsyndroom heeft van een bepaald chromosoom (chromosoom 21) geen twee maar drie exemplaren in elke cel. (Downsyndroom (trisomie 21) is een aangeboren aandoening. Iemand met downsyndroom heeft van een bepaald chromosoom (chromosoom 21) geen twee maar drie exemplaren in elke cel. ) ook een aangeboren hartafwijking, waarvan een kwart ernstig. Omdat aangeboren hartafwijkingen ook later in het leven kunnen worden ontdekt, is het jaarlijkse aantal nieuwe gevallen van een aangeboren hartafwijking waarschijnlijk hoger.

Ventrikelseptumdefect meest voorkomende aangeboren hartafwijking

Een ventrikelseptumdefect is de meest frequent optredende aangeboren hartafwijking. Aangeboren hartafwijkingen maken ongeveer een kwart uit van alle nieuwe gevallen van aangeboren afwijking in Nederland.

Tabel: Geboorteprevalentie aangeboren hartafwijkingen. 5-jaarsgemiddelde over de periode 2013-2017.
Type afwijking Per 10.000 levend geborenen Jaarlijks aantal afwijkingen
Alle hartafwijkingen 60 1.030
Alle ernstige hartafwijkingen 19 330
     
Ventrikelseptumdefect 32 560
Atriumseptumdefect 6 110
Pulmonaire klepafwijkingen 5 90
Coarctatio van de aorta 3 55
Transpositie van de grote vaten 4 70
Tetralogie van Fallot 2 30
Aortaklep stenose 3 35
Hypoplastisch linkerhart 1 20
     
Totaal aangeboren afwijkingen 230 3.900

Bron: Eurocat (2019)

  • Jaarlijks aantal: Er is hier aangenomen dat er jaarlijks in Nederland 175.000 kinderen geboren worden.

Geboorteprevalentie van aangeboren hartafwijkingen 1991-2017

Sla de grafiek Geboorteprevalentie van aangeboren hartafwijkingen 1991-2017 over en ga naar de datatabel

Bron: Eurocat (2019)

  • vijfjaarsgemiddelde: bijvoorbeeld 2017 in de grafiek betreft het gemiddelde van de periode 2013-2017.

Geen duidelijke trend in aantal aangeboren hartafwijkingen

De geboorteprevalenties van aangeboren hartafwijkingen vertonen voor de jaren tussen 2005 en 2017 geen duidelijke trend. Het aantal ernstige gevallen lijkt constant. De geboorteprevalentie van ventrikel septum defekt, de meest frequent ontdekte aangeboren hartafwijking vertoont eenzelfde trend als het totaal van alle hartafwijkingen. Het aandeel hartafwijking dat tegelijk optrad met een genetische aandoening, zoals bijvoorbeeld downsyndroom Downsyndroom (trisomie 21) is een aangeboren aandoening. Iemand met downsyndroom heeft van een bepaald chromosoom (chromosoom 21) geen twee maar drie exemplaren in elke cel. (Downsyndroom (trisomie 21) is een aangeboren aandoening. Iemand met downsyndroom heeft van een bepaald chromosoom (chromosoom 21) geen twee maar drie exemplaren in elke cel. ) nam ook af.


Verschillende factoren van invloed op het voorkomen van aangeboren hartafwijkingen

Ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op het toe- of afnemen van het aantal aangeboren hartafwijkingen:


  • P.W. Achterberg (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • C. Deuning (RIVM)