Weinig verandering in resistentie bij huisartspatiënten sinds 2019

Voor de meeste antibiotica Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. (Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. ) zijn sinds 2019 geen significante veranderingen opgetreden in resistentie onder bacteriën afkomstig van huisartspatiënten. In de periode 2019-2023 bleef het percentage multi-resistente micro-organismen onder enterobacteriën van huisartspatiënten relatief laag (≤3%) (ISIS-ARNethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ).


Geen grote veranderingen in resistentie in ziekenhuizen

In ziekenhuizen is de resistentie in de periode 2019-2023 voor de meeste antibiotica Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. (Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. ) gelijk gebleven (ISIS-ARNethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ). Ziekenhuizen en verpleeghuizen hebben in 2020 vanaf het begin van de coronapandemie en in 2021 minder uitbraken door resistente bacteriën gemeld. In 2022 en 2023 is het aantal uitbraken van infecties door resistente bacteriën weer toegenomen maar dit aantal ligt nog altijd lager dan in de jaren vóór de pandemie  (NethMap, 2023 NethMap, NethMap 2023. Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023) (NethMap, NethMap 2023. Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023)) ; NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ).


Steeds vaker Bijzonder Resistente Micro-Organismen 

Dragerschap van en infecties door Bijzonder Resistente Micro-Organismen (BRMO Bijzonder Resistente Micro-Organismen (BRMO) zijn resistent tegen de eerstekeuze-antibiotica of tegen meerdere groepen antibiotica. Het gevolg is dat artsen bij het voorschrijven of toedienen moeten uitwijken naar 'laatste redmiddelen', waartegen ook in toenemende mate resistentie dreigt te ontstaan. De toename in resistentie tegen laatste redmiddelen betekent dat de keuze voor een antibioticum dat goed werkt, steeds moeilijker wordt. (Bijzonder Resistente Micro-Organismen (BRMO) zijn resistent tegen de eerstekeuze-antibiotica of tegen meerdere groepen antibiotica. Het gevolg is dat artsen bij het voorschrijven of toedienen moeten uitwijken naar 'laatste redmiddelen', waartegen ook in toenemende mate resistentie dreigt te ontstaan. De toename in resistentie tegen laatste redmiddelen betekent dat de keuze voor een antibioticum dat goed werkt, steeds moeilijker wordt.)) komen steeds vaker voor (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ). BRMO zijn resistent tegen de meest geëigende (dus eerste keus) antibiotica Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. (Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. ) of tegen een combinatie van therapeutisch belangrijke antibiotica. Het gevolg is dat vaker uitgeweken moet worden naar “laatste redmiddelen De laatste redmiddelen of reservemiddelen worden uitsluitend voorgeschreven in situaties waarin de gebruikelijke antimicrobiële middelen onvoldoende effectief zijn. Wat een laatste redmiddel is hangt af van de setting, zoals in de huisartsenpraktijk of in het ziekenhuis. Ook verschilt het per ziekenhuis. (De laatste redmiddelen of reservemiddelen worden uitsluitend voorgeschreven in situaties waarin de gebruikelijke antimicrobiële middelen onvoldoende effectief zijn. Wat een laatste redmiddel is hangt af van de setting, zoals in de huisartsenpraktijk of in het ziekenhuis. Ook verschilt het per ziekenhuis. )”. Deze laatste redmiddelen behoren tot de volgende antibioticagroepen: cefalosporines (waaronder ceftazidime en cefotaxime), fluorchinolonen (waaronder ciprofloxacine en norfloxacine), carbapenems (waaronder meropenem), aminoglycosiden (gentamicine) en glycopeptiden (waaronder vancomycine). Steeds meer bacteriën blijken hier ook resistent tegen. Deze toename betekent dat de keuze voor een antibioticum dat goed werkt steeds moeilijker wordt. Gezonde mensen kunnen een BRMO zonder dat ze het weten bij zich dragen, maar zij hebben mogelijk wel een groter risico op complicaties door een BRMO als zij ziek worden en/of geopereerd moeten worden. Hieronder gaan we in op vijf BRMO: MRSA Methicilline Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) staat bekend als de 'ziekenhuisbacterie' omdat hij, vooral in ziekenhuizen, epidemieën veroorzaakt. De bacterie is ongevoelig (resistent) voor behandeling met meticilline en veel andere antibiotica. (Methicilline Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) staat bekend als de 'ziekenhuisbacterie' omdat hij, vooral in ziekenhuizen, epidemieën veroorzaakt. De bacterie is ongevoelig (resistent) voor behandeling met meticilline en veel andere antibiotica. )ESBL ESBL staat voor Extended Spectrum Beta-Lactamase. Dit is een enzym dat bepaalde soorten antibiotica (penicillines en cefalosporines) kan afbreken. Hoewel de term ESBL strikt genomen staat voor de enzymen die de antibiotica afbreken, wordt zij in de praktijk gebruikt om de bacteriën zelf aan te duiden. (ESBL staat voor Extended Spectrum Beta-Lactamase. Dit is een enzym dat bepaalde soorten antibiotica (penicillines en cefalosporines) kan afbreken. Hoewel de term ESBL strikt genomen staat voor de enzymen die de antibiotica afbreken, wordt zij in de praktijk gebruikt om de bacteriën zelf aan te duiden. )VRE De Vancomycine-resistente enterokok is een darmbacterie die niet behandeld kan worden met de gangbare antibiotica. Enterokokken zijn bij gezonde mensen ongevaarlijk, maar kunnen bij zieke mensen infecties veroorzaken. (De Vancomycine-resistente enterokok is een darmbacterie die niet behandeld kan worden met de gangbare antibiotica. Enterokokken zijn bij gezonde mensen ongevaarlijk, maar kunnen bij zieke mensen infecties veroorzaken.), CRAB Carbapenem resistente Acinetobacter baumannii-calcoaceticus complex (Carbapenem resistente Acinetobacter baumannii-calcoaceticus complex ) en CPE Carbapenemaseproducerende Enterobacteriaceae. Sommige Enterobacteriaceae-stammen produceren carbapenemase, wat resistentie voor carbapenem-antibiotica zoals imipenem en meropenem tot gevolg heeft. Deze stammen vormen een belangrijke bedreiging voor de klinische patiëntenzorg en openbare gezondheidszorg. (Carbapenemaseproducerende Enterobacteriaceae. Sommige Enterobacteriaceae-stammen produceren carbapenemase, wat resistentie voor carbapenem-antibiotica zoals imipenem en meropenem tot gevolg heeft. Deze stammen vormen een belangrijke bedreiging voor de klinische patiëntenzorg en openbare gezondheidszorg.).

Percentage MRSA blijft stabiel

In 2023 was 3% (1.503) van de in totaal 51.549 Staphylococcus aureus isolaten De resistentie van een bacterie tegen antibiotica wordt bepaald in een isolaat van die bacterie. Een isolaat is een cultuur van bacteriën die zuiver is omdat ze afstammen van één enkele bacterie. Eén bacterie uit bijvoorbeeld urine of een wond kan op een voedingsbodem uitgroeien tot een klein rond vlekje, ofwel een bacteriële kolonie. Van zo’n kolonie wordt vervolgens het isolaat gemaakt. (De resistentie van een bacterie tegen antibiotica wordt bepaald in een isolaat van die bacterie. Een isolaat is een cultuur van bacteriën die zuiver is omdat ze afstammen van één enkele bacterie. Eén bacterie uit bijvoorbeeld urine of een wond kan op een voedingsbodem uitgroeien tot een klein rond vlekje, ofwel een bacteriële kolonie. Van zo’n kolonie wordt vervolgens het isolaat gemaakt.) afkomstig van huisarts-, ziekenhuis- en polikliniekpatiënten (klinische isolaten) resistent tegen methicilline, ofwel een Methicilline Resistente Staphylococcus aureus (MRSA). Dit percentage is tussen 2019 en 2023 stabiel gebleven. Alleen op de intensive care was er een toename van 2% in 2019, via ongeveer 3% in de periode 2020-2022 tot 4% in 2023. Het aandeel MRSA in klinische isolaten wordt waarschijnlijk overschat. Dat speelt niet bij isolaten uit bloed. Daarvan was 2% (70 van de 3.523) resistent tegen methicilline. Het gaat om Staphylococcus aureus isolaten die op resistentie getest zijn in bij ISIS-AR aangesloten laboratoria (ISIS-ARNethMap, 2023 NethMap, NethMap 2023. Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023) (NethMap, NethMap 2023. Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023)) ). Jaarlijks zijn er enkele MRSA-uitbraken in zorginstellingen. In 2023 was het aantal uitbraken in ziekenhuizen (20) hoger dan in de voorgaande vijf jaar (jaarlijks minder dan 10) (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ).
In 2023 was werkgerelateerde blootstelling aan vee (vooral varkens) de voornaamste risicofactor voor MRSA in Nederland. Ook een recente ziekenhuisopname in het buitenland is een risicofactor. Van de MRSA-positieve personen was 8% in de twee voorafgaande maanden minimaal 24 uur opgenomen geweest in een buitenlands ziekenhuis, vooral in West-Azië of West-Europa (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ). 

Prevalentie ESBL rond de 5 à 6%

De prevalentie Het aantal gevallen of personen met een bepaalde ziekte op een bepaald moment (punt-prevalentie), ooit in het leven (lifetime prevalentie) of in een bepaalde periode, bijvoorbeeld per jaar (periode-prevalentie), absoluut of relatief. (Het aantal gevallen of personen met een bepaalde ziekte op een bepaald moment (punt-prevalentie), ooit in het leven (lifetime prevalentie) of in een bepaalde periode, bijvoorbeeld per jaar (periode-prevalentie), absoluut of relatief.) van Extended Spectrum Beta-Lactamase (ESBL)-producerende Enterobacteriaceae Een familie van bacteriën die veelal tot de normale darmflora van mens en dier behoren, zoals Escherichia coli, Shigella, Klebsiella en Enterobacter. (Een familie van bacteriën die veelal tot de normale darmflora van mens en dier behoren, zoals Escherichia coli, Shigella, Klebsiella en Enterobacter.) ligt rond de 5 à 6% (5% voor E. coli en 6% voor Klebsiella pneumoniae). ESBL is een enzym dat bepaalde soorten antibiotica kan afbreken, zoals cefalosporines die behoren tot de laatste redmiddelen. In 2023 was 4% (huisartspatiënten) tot 9% (intensive care patiënten) van de E. coli-isolaten een ESBL. Bij Klebsiella pneumoniae was in 2023 tussen de 5% (huisartspatiënten) en 11% (intensive care patiënten) van de isolaten een ESBL. Patiënten op de polikliniek en opgenomen patiënten (exclusief intensive care) zaten daar qua percentages tussenin (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ). Tussen 2019 en 2023 is het percentage ESBL stabiel gebleven. Patiënten op de intensive care waren hierop een uitzondering. Het percentage ESBL-producerende K. pneumoniae op de intensive is namelijk in 2020 en 2021 gestegen, mogelijk vanwege COVID-19 (groter aantal patiënten dat antibiotica gebruikt, langere opnameduur), en is daarna weer gedaald. Het gaat hierbij om isolaten die op resistentie zijn getest in bij ISIS-AR aangesloten laboratoria (ISIS-ARNethMap, 2023 NethMap, NethMap 2023. Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023) (NethMap, NethMap 2023. Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023))NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ). 

Negen VRE-uitbraken in 2023

In 2023 waren er 9 uitbraken van vancomycineresistente enterokokken (VRE) in ziekenhuizen. Dit aantal is vergelijkbaar met het aantal uitbraken in 2021 en 2022 (respectievelijk 8 en 9) en is iets hoger dan de 5 uitbraken in 2020. Het is echter lager dan de 19 van 2019 en de ongeveer 10 tot 15 per jaar in de jaren daarvoor. Het lagere aantal in 2020 en 2021 komt waarschijnlijk door de COVID-19-pandemie die leidde tot een afschaling van reguliere ziekenhuiszorg en veranderingen in infectiepreventiemaatregelen. In totaal zijn er sinds de start van de rapportage in april 2012 137 uitbraken gerapporteerd (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ).

Resistentie tegen carbapenem bij 2% van Acinetobacter baumannii-calcoaceticus complex (CRAB)

In 2023 was 2% (29/1.465) van het Acinetobacter baumannii-calcoaceticus complex in diagnostische isolaten resistent tegen carbapenems. Het percentage resistente isolaten was hoger op IC Intensive care. Op een IC-afdeling worden patiënten opgenomen bij wie de vitale functies gestoord of ernstig bedreigd zijn en bij wie vaak ademhaling, bloedsomloop en nierfunctie bewaakt en gedeeltelijk of geheel worden ondersteund of overgenomen. (Intensive care. Op een IC-afdeling worden patiënten opgenomen bij wie de vitale functies gestoord of ernstig bedreigd zijn en bij wie vaak ademhaling, bloedsomloop en nierfunctie bewaakt en gedeeltelijk of geheel worden ondersteund of overgenomen. )'s en andere ziekenhuisafdelingen waar patiënten werden opgenomen (beide 5%) dan op polikliniekafdelingen en bij huisartspatiënten (beide 1%). Doordat het absoluut aantal resistente isolaten in Nederland erg klein is, variëren de percentages sterk over de jaren. Hierdoor is het niet goed mogelijk de trend te analyseren (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ).   

CPE zeldzaam in Nederland

In 2023 waren Carbapenem-Resistente Enterobacteriaceae (CPE) zeldzaam in Nederland: slechts 0,05% van de Escherichia coli (E. coli) en 0,4% van de Klebsiella pneumoniae (K. pneumoniae) van ziekenhuispatiënten was resistent tegen carbapenems. Het percentage voor E. coli lag de afgelopen jaren op een vergelijkbaar niveau, voor K. pneumoniae was er een lichte toename van 0,2% in 2020 naar 0,4% in 2023 (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ). Bij 48% van de personen met resistentie was er een verband met ziekenhuisopname in het buitenland van minimaal 24 uur in de twee voorafgaande maanden (NethMap, 2024 NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024) (NethMap, NethMap 2024 Consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands in 2023., Bilthoven (2024)) ).


Bij gonorroe nog geen resistentie tegen het eerste keus antibiotica

De bacterie die gonorroe veroorzaakt, Neisseria gonorrhoea, heeft nog geen resistentie ontwikkeld tegen het huidige eerste keus antibioticum voor behandeling (ceftriaxon) onder gonorroepatiënten bij de CSG Centra Seksuele Gezondheid, in Nederland bestaan acht regio's voor de uitvoering van de regeling Aanvullende Seksuele Gezondheidszorg. (Centra Seksuele Gezondheid, in Nederland bestaan acht regio's voor de uitvoering van de regeling Aanvullende Seksuele Gezondheidszorg. ). Er is wel sprake van resistentie bij andere antibiotica Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. (Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of remmen in de groei. Er zijn verschillende groepen antibiotica die onderling verschillen in chemische structuur. Daardoor zijn niet alle antibiotica tegen dezelfde bacteriën effectief. ). De resistentie tegen ciprofloxacin onder gonorroepatiënten bij de CSG ligt sinds 2019 boven de 50% en was 61,5% in 2022 (Kayaert et al., 2023 Kayaert, L., Sarink, D., Visser, M., van Wees, D.A., Willemstein, I.J.M., Op de Coul, E.L.M., Alexiou, Z.W., de Vries, A., Kusters, J.M.A., van Aar, F., Götz, H.M., Vanhommerig, J.W., van Sighem, A.I., van Benthem, B.H.B., Sexually transmitted infections in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023) (Kayaert, L., Sarink, D., Visser, M., van Wees, D.A., Willemstein, I.J.M., Op de Coul, E.L.M., Alexiou, Z.W., de Vries, A., Kusters, J.M.A., van Aar, F., Götz, H.M., Vanhommerig, J.W., van Sighem, A.I., van Benthem, B.H.B., Sexually transmitted infections in the Netherlands in 2022, Bilthoven (2023)) ). De mogelijke ontwikkeling van resistentie in de toekomst vormt een dreiging gezien het gebrek aan andere effectieve antibiotica.


Experts en redactie

  • S.C. de Greeff (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • M. Visser (RIVM)
  • H. Giesbers, red. (RIVM)
  • M. Harbers, red. (RIVM)