Zorguitgaven persoonlijkheidsstoornissen naar sector
Sla de grafiek Zorguitgaven persoonlijkheidsstoornissen naar sector 2019 over en ga naar de datatabelBron: Kosten van Ziekten
- Geraamde cijfers
- ICD-10 (International Classification of Diseases, tenth revision) code F21, F60
Zorguitgaven 820 miljoen euro in 2019
De uitgaven aan de zorg voor persoonlijkheidsstoornissen in 2019 zijn geraamd op 820 miljoen euro. Dat komt overeen met 2,9% van de totale uitgaven aan zorg voor psychische stoornissen en met 0,85% van de totale zorguitgaven aan de gezondheidszorg in Nederland. In 2019 ging het grootste gedeelte (89%) naar de geestelijke gezondheidszorg.
Zorguitgaven persoonlijkheidsstoornissen naar leeftijd en geslacht
Sla de grafiek Zorguitgaven persoonlijkheidsstoornissen naar leeftijd en geslacht 2019 over en ga naar de datatabelBron: Kosten van Ziekten
- Geraamde cijfers
- ICD-10 (International Classification of Diseases, tenth revision) code: F21, F60
Bijna tweederde van de zorguitgaven naar vrouwen
Het grootste gedeelte (55%) van de zorguitgaven voor persoonlijkheidsstoornissen ging in 2019 naar vrouwen. De zorguitgaven waren het hoogst voor jonge vrouwen tussen de 20 en 30 jaar oud. De verschillen in zorguitgaven voor mannen en vrouwen reflecteren waarschijnlijk daadwerkelijke sekseverschillen in het vóórkomen van persoonlijkheidsstoornissen. Sociale stereotypen over genderrollen en het bijbehorende gedrag kunnen echter de diagnose beïnvloeden (Verheul 2002 (Verheul, R., Genderbias en persoonlijkheidsstoornissen (2002)) ; Johnson et al. 2003 (Johnson, D.M., Shea, TM., Yen, S, Battle, CL., Zlotnick, C, Sanislow, CA., Grilo, CM., Skodol, AE., Bender, DS., McGlashan, TH., Zanarini, MC., Gunderson, J, Gender differences in borderline personality disorder: findings from the Collaborative Longitudinal Personality Disorders Study. (2003)) ; American Psychiatric Association. DSM-5 Task Force. 2014 (American Psychiatric Association. DSM-5 Task Force., Diagnostic and statistical manual of mental disorders: DSM-5, Washington, D.C. (2014)) ) . Over het algemeen worden de meeste uitgaven voor persoonlijkheidsstoornissen gemaakt tussen het 15e en 60e levensjaar, daarna nemen de uitgaven sterk af. Dit komt overeen met de leeftijdsverdeling van de prevalentie (Het aantal gevallen of personen met een bepaalde ziekte op een bepaald moment (punt-prevalentie), ooit in het leven (lifetime prevalentie) of in een bepaalde periode, bijvoorbeeld per jaar (periode-prevalentie), absoluut of relatief.) van persoonlijkheidsstoornissen in de huisartsenpraktijk. De uitgaven aan de zorg voor persoonlijkheidsstoornissen bedroegen 820 miljoen euro in 2019.
- A.C. de Weerdt (RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
- S. Gouwens (RIVM)
- M.A. Koopmanschap (RIVM en EUR (Erasmus Universiteit Rotterdam))
- A. van der Meer (RIVM)
- G.J. Kommer (RIVM)