Ziektespecifiek verzuim verschilt voor mannen en vrouwen

Er zijn verschillende oorzaken van langdurig ziekteverzuim (42 tot en met 730 dagen). De meestvoorkomende ziektespecifieke oorzaak volgens gegevens van een arbodienst zijn, bij zowel mannen als vrouwen 'psychische aandoeningen'. Bij mannen veroorzaakt dit 31,1% van het langdurende verzuim en bij vrouwen 43,2%. Onder 'overig verzuim' worden onder andere hart- en vaatziekten, maag- en darmklachten, neurologische aandoeningen, urogenitale klachten en longklachten verstaan (ArboNed & HumanCapitalCare, 2020).

Meer informatie


Meeste ziekteverzuim door psychische aandoeningen in leeftijd 25 tot 45 jaar

De oorzaken van langdurig ziekteverzuim (42 tot en met 730 dagen) verschillen per levensfase. Tussen het 25e en 45e levensjaar wordt het verzuim, volgens gegevens van een arbodienst, grotendeels veroorzaakt door psychische aandoeningen. Hierna neemt het aandeel werknemers dat verzuimt wegens psychische aandoeningen af en wordt het verzuim voornamelijk veroorzaakt door overige aandoeningen (hart- en vaatziekten, maag- en darmklachten, neurologische aandoeningen, urogenitale klachten, longklachten etc.) (ArboNed & HumanCapitalCare, 2020).

Meer informatie


Oorzaken van langdurig ziekteverzuim 2013-2019

Sla de grafiek Oorzaken van langdurig ziekteverzuim 2013-2019 over en ga naar de datatabel

Bron: ArboNed en HumanCapitalCare

  • Vanaf 2016 wordt de categorie onbekend weergegeven, daarvoor werd deze categorie samengevoegd met overig. 

Psychische aandoeningen steeds groter aandeel in ziekteverzuim

In de periode 2013-2019 steeg het ziekteverzuimpercentage De belangrijkste maat om ziekteverzuim te meten is het verzuimpercentage. Om dit te berekenen wordt het aantal verzuimdagen per jaar gemeten en vervolgens gedeeld ofwel door het aantal werkdagen per jaar ofwel door het aantal kalenderdagen per jaar (Zie: verantwoording > definities > maten om ziekteverzuim te meten). (De belangrijkste maat om ziekteverzuim te meten is het verzuimpercentage. Om dit te berekenen wordt het aantal verzuimdagen per jaar gemeten en vervolgens gedeeld ofwel door het aantal werkdagen per jaar ofwel door het aantal kalenderdagen per jaar (Zie: verantwoording > definities > maten om ziekteverzuim te meten).) door psychische aandoeningen (zoals burn-out en overspanning), en was daarmee in 2019 de voornaamste oorzaak van verzuim. In de periode daarvoor was het verzuimpercentage van overige aandoeningen het hoogst. Onder 'overige aandoeningen' worden onder andere hart- en vaatziekten, maag- en darmklachten, neurologische aandoeningen, urogenitale klachten en longklachten verstaan. Het aandeel verzuim naar aanleiding van klachten aan het bewegingsapparaat neemt de laatste jaren af (ArboNed en HumanCapitalCare, 2020).

Meer informatie


Verklaringen voor trends in ziekteverzuim

Verschillende wetswijzigingen van invloed op ziekteverzuim

Verschillende wetswijzigingen lijken van invloed te zijn geweest op het ziekteverzuim. Het invoeren van de Wet Terugdringing Ziekteverzuim (WTZ) in januari 1994 heeft geleid tot een forse daling van het ziekteverzuim in dat jaar vergeleken met het jaar daarvoor. Door de Wet Uitbreiding Loondoorbetalingsplicht bij Ziekte (Wulbz Wet uitbreiding loondoorbetalingsplicht bij ziekte (Wet uitbreiding loondoorbetalingsplicht bij ziekte)) (maart 1996) daalde het ziekteverzuim niet. Vanaf 2002 droeg de invoering van de Wet Verbetering Poortwachter (WVP) wel weer bij aan de afname van het ziekteverzuimpercentage De belangrijkste maat om ziekteverzuim te meten is het verzuimpercentage. Om dit te berekenen wordt het aantal verzuimdagen per jaar gemeten en vervolgens gedeeld ofwel door het aantal werkdagen per jaar ofwel door het aantal kalenderdagen per jaar (Zie: verantwoording > definities > maten om ziekteverzuim te meten). (De belangrijkste maat om ziekteverzuim te meten is het verzuimpercentage. Om dit te berekenen wordt het aantal verzuimdagen per jaar gemeten en vervolgens gedeeld ofwel door het aantal werkdagen per jaar ofwel door het aantal kalenderdagen per jaar (Zie: verantwoording > definities > maten om ziekteverzuim te meten).) (Jehoel-Gijsbers (red) 2007 Jehoel-Gijsbers (red), G., Beter aan het werk: trendrapportage ziekteverzuim, arbeidsongeschiktheid en werkhervatting, Den Haag (2007) (Jehoel-Gijsbers (red), G., Beter aan het werk: trendrapportage ziekteverzuim, arbeidsongeschiktheid en werkhervatting, Den Haag (2007)) ). Ten slotte is in 2004 de wet Verlenging Loondoorbetalingsverplichting bij Ziekte (VLZ) in werking getreden. Vanaf dat moment moeten werkgevers zieke werknemers twee jaar in plaats van één jaar doorbetalen, pas daarna komen werknemers in aanmerking voor een arbeidsongeschiktheidsregeling. Deze wet zou zowel de werkgevers als de werknemers een financiële prikkel moeten geven om het werk zo snel mogelijk weer te hervatten.

Ook andere factoren van invloed op ziekteverzuim

In 2002 heeft de overheid met een aantal sectoren afspraken gemaakt over de aanpak van het ziekteverzuim en de arbeidsongeschiktheid in de sector. Deze afspraken hebben geleid tot een afname van het ziekteverzuim. Ook droeg de verslechterde conjunctuur vanaf 2002 hieraan bij (Veerman & Molenaar-Cox 2006 Veerman, T. J., Molenaar-Cox, P. G. M., De meerwaarde van de arboconvenanten. Update van verzuim- en WAO-cijfers tot en met 2004, Den Haag (2006) (Veerman, T. J., Molenaar-Cox, P. G. M., De meerwaarde van de arboconvenanten. Update van verzuim- en WAO-cijfers tot en met 2004, Den Haag (2006)) ). Mogelijk komt dit doordat werknemers in mindere tijden meer vrezen voor ontslag en zich daardoor minder snel ziek zullen melden (Lindner & Veerman 2003 Lindner, H., Veerman, T., Nederland wordt beter; de effecten van beleid en conjunctuur op het ziekteverzuim, Leiden (2003) (Lindner, H., Veerman, T., Nederland wordt beter; de effecten van beleid en conjunctuur op het ziekteverzuim, Leiden (2003)) ). Dit wordt ook wel het 'discipline effect' genoemd (Hesselius 2007 Hesselius, P, Does sickness absence increase the risk of unemployment? (2007) (Hesselius, P, Does sickness absence increase the risk of unemployment? (2007)) ). Vanaf 2004 is de begeleiding vanuit de bedrijfsgezondheidszorg veel activerender geworden en geprofessionaliseerd door middel van onderzoek en praktijkrichtlijnen. Ook heeft er een betere afstemming plaatsgevonden met het 'werksysteem'.

  • S. de Vries (HumanTotalCare)
  • P.E.D. Eysink (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • T. Hulshof, red. (RIVM)